Ik heb mij nooit bedacht dat de uitvinding van de boekdruk ook een hele negatieve invloed heeft gehad. Voordat er gedrukte boeken bestonden, toen het grootste deel van de mensen nog analfabeet was, bestond leren vooral uit het opdoen van concrete ervaring, mondelinge traditie, face-to-face contact, het leven in groepen. Door plaatjes en symbolen leerden mensen de hele context. Leren was een geïntegreerde methode.
In 1440 ontwikkelde Johannes Gutenberg de boekdrukkunst. Boeken werden over de hele wereld verspreid. Concrete ervaringen moesten het afleggen tegen verbale abstracties. Mensen hadden anderen niet meer nodig om te leren, ze konden leren in isolatie, alleen met een boek.
De woorden in de boeken werden de standaard manier om kennis te werven. Het boek werd het instrument voor educatie en benadrukte een mechanische, lineaire, het één na het andere, proces. Dat is doorgeslagen in de huidige opvatting dat de meer boeken je hebt gelezen, en des te meer verbale symbolen je kunt produceren en ‘het meest ontwikkeld’ je bent. En als je de hoogste graad als academisch geschoolde wilt halen, moet je eerst je eigen boek schrijven.
Deze ontwikkelingen hebben ook hun weerslag in training en onderwijs, deze zijn erg gericht op de linkerhersenhelft en gebaseerd op woorden. Ook als trainer neigen we veel in woorden te vervallen: we maken powerpoint presentaties, printen artikelen uit en we zoeken woorden op internet. Als trainers en docenten zijn we vooral woordkunstenaars geworden en vergeten we het belang van de verbeelding en de ervaring.
Terwijl we allemaal als bedenkers zijn geboren! Het is toch jammer dat we dat op deze manier kwijtraken. Ons geheugen is de schatkamer van onze hersenen. Daar liggen alle
beelden opgeslagen die aan onze zintuigen zijn gekoppeld. Je kunt niet alleen beelden oproepen vanuit je herinnering, je hersenen kunnen ze ook verzinnen.
Verbeelding is een bijzonder effectieve manier om een heel scala aan mogelijkheden voor ogen te krijgen. Beelden zijn cruciaal om iets nieuws te creëren.
Een beroemd voorbeeld is Albert Einstein. Hij zei ooit dat hij meer heeft gehad aan zijn talent om zich dingen in te beelden, dan aan zijn vermogen om kennis op te nemen.
Toen hij zijn relativiteitstheorie ontwikkelde, deed hij dat niet in een laboratorium maar in zijn eigen hoofd. Hij stelde zich voor dat hij op een lichtstraal zat en beeldde zich in welke reis hij ging ondernemen.
De resultaten van verbeelding zijn overal om ons heen terug te vinden. We gebruiken onze verbeelding en fantasie bij het koken, maar ook als we een mooi verhaal vertellen, een ontwerp maken of een eigen zaak willen beginnen.
Ik heb zelf een enorme voorkeur voor beelden en werk in mijn trainingen graag met foto’s en visueel materiaal. De impact van het werken met beelden is meteen voelbaar. Beelden komen meer voor uit de binnenwereld, uit het onbewuste. Hierdoor zijn gesprekken diepgaander, krijgen deelnemers meer contact met wat ze werkelijk van belang vinden en ontstaat er meer verbinding met elkaar.
Wil je de kracht van verbeelding gebruiken om te leren hoe je problemen op kunt lossen? Zodanig dat je je denkcirkel doorbreekt en met nieuwe, toepasbare oplossingen naar huis gaat?
Schrijf je dan in voor een kennismakingsworkshop Creatief Probleem Oplossen:
https://dezeevanmogelijkheden.nl/creatief-probleem-oplossen/
Bron voor dit artikel: The Accelerated Learning Handbook – Dave Meier.
Geef een reactie